De Kameleon vaart met nieuwe kracht
In het Haarlems
Dagblad van 22 november 2014 stond een leuk artikel waarin we kennis maken met
de nieuwe Kameleon schrijvers Bies van Ede en Maarten Veldhuis. Er staat onder
meer te lezen dat het met de Kameleon is terug duidelijk is geworden dat Hielke
en Sietse met hun beroemde schuit de 21e eeuw zijn binnengevaren. De
taal is moderner en ze gebruiken sociale media.
“Het was heel hard nodig om de boel te moderniseren” zegt Bies van Ede hierover. Ook zullen meisjes een serieuzere rol gaan spelen. Natuurlijk heeft Piero Stanco alias ‘P de Roos’ vanaf begin jaren 90 al geprobeerd de Kameleon te moderniseren met nieuwe verhalen en de ‘hertalingen’. Maar zijn pogingen kwamen soms wat te geforceerd over en sommige zaken zijn nu alweer gedateerd! Zoals de diskettes en cassettebandjes die in de hertaling van Trouwe vrienden van de Kameleon genoemd worden. De reden waarom ‘P. de Roos’ gestopt is met het schrijven en hertalen van de Kameleon waren ‘privé redenen’. In een kort interview voor het Radio 5 programma Plein 5 vertelde de Kluitman directeur: ‘op een gegeven moment niet meer de gelegenheid te hebben om circa 4 a 5 weken aaneengesloten te schrijven’. Daarbij kwam er veel kritiek op zijn pogingen de serie voort te zetten. Zijn werk werd vergeleken met zijn voorganger, de stijl en de humor waren anders, de verhalen waren overgezet naar de moderne tijd wat weinig mensen aansprak.
Fred Diks nam rond 2005 het stokje over en probeerde juist weer een ouderwetse sfeer te creëren. Maar misschien was dat ook niet de juiste weg. Zelf vond ik zijn schrijfstijl saai en af en toe opsommerig klinken. De Kameleondorp promotie lag er soms te nadrukkelijk op. Gelukkig wordt dat laatste door de nieuwe schrijvers vermeden.
In het Haarlems Dagblad zegt Maarten Veldhuis verder: ‘Meisjes spelen vanaf nu een serieuze rol in De Kameleon. Dat zijn nu 'gewoon' dénkende wezens.’
Dit klinkt alsof de meiden in de oude Kameleons géén denkende wezens waren. Vrouwen en meisjes speelden in de klassieke Kameleons niet zo’n erg grote rol, wellicht omdat de boeken in beginsel voor jongens bedoeld waren. De dames zijn vnl huisvrouw of dienstbode maar dat heeft mij als lezer nooit gestoord. De Roos schreef onderhoudend drama en dat sprak mij aan. Doch de uitgever ontdekte dat ook meisjes de Kameleon lazen dus heeft H. de Roos later ook wel meisjes geïntroduceerd. Zoals Wilma Kort in op reis met de Kameleon, Mitzie Tuinstra in de Kameleon gooit het roer om. Geeske in de Kameleon heeft goed nieuws. En natuurlijk was er al Pauline Wijnstra, met wie wij voor het eerst kennismaakten in de Kameleon blijft favoriet. In de Kameleon viert feest speelt ze ook een rol, in dit deel krijgt boerenknecht Gerben verkering met een vlotte jongedame Willy van Sommeren. Later trouwt hij Chantel Loots, de verkering met Chantel is verspreid over 3 delen. En de meiden die we in de Kameleon maakt het helemaal leren kennen zijn ook niet ‘op hun mondje gevallen’. En zo zijn er wel meer vrouwelijke personages in de Kameleon te vinden. Dus geen denkende wezens? Het waren het type meisjes en jongedames die in hun tijd pasten. Overigens vond ik de dierenactiviste in de Kameleon is terug niet erg sympathiek. Uiteraard is dit personage zo geschreven om spanning te creëren in het verhaal.
Het idee van het circus is ontleend aan eigen ervaring. Maarten Veldhuis woont in Haarlem bij de ‘Veerplas’. Aan de overkant van die plas slaat het bekende Circus Renz de tenten op als ze Haarlem aandoen. Op een avond hoorde Maarten de leeuwen brullen, het geluid weerkaatste over het water. Of hij het circus ook bezocht heeft om informatie in te winnen over de dieren en het leven in het circus, vermeldt het artikel niet. Maar die indruk krijg je wel als je het verhaal leest. Het is ook handig dat Veldhuis een vriendin heeft die les geeft op een middelbare school. Via haar zijn ze erachter gekomen welke uitdrukkingen jongeren zoal gebruiken. ‘Cool, vet en boeien’. ‘Shit’ laten ze Hielke en Sietse niet zeggen, misschien is dat stopwoord alweer te gedateerd!
Van Ede meent dat zij het eerste Kameleon ‘plot’ geschreven hebben want de Kameleon bestond volgens hem –zoals hij tenminste in het Haarlems dagblad geciteerd wordt- ‘alleen maar uit losse anekdotes.' Dan moet hij een aantal delen toch maar eens gaan teruglezen (ter voorbereiding hebben de heren ieder circa 9 deeltjes gelezen) want dan hadden ze geweten dat er best een aantal afleveringen zijn met een afgerond verhaal, een ‘plot’ of ontknoping. Voornamelijk de verhalen waarin Zwart een raadsel oplost. H. de Roos schreef ook niet volgens een vastgesteld ‘concept’ maar schreef spontaan wat in hem opkwam. Hij had wel een hoofdverhaallijn in gedachte waaromheen van alles gebeurde. Al schrijvende vormde zich het verhaal zonder van die hoofdlijn af te wijken. In slechts een paar deeltjes van de 60 zijn wat zwakheden of ‘continuïteitsfouten’ te constateren (vb: Tip Top Kameleon en met de Kameleon voor de wind) Maar dergelijke zwakheden vinden we ook in de Kameleon is terug. Of de schrijfstijl van de Roos was intussen zo snel geworden dat het verhaal al klaar was maar het boek nog niet vol! Zoals we kunnen lezen in de Kameleon vaart door. Aldus werd er nog een stuk aangebreid.. De Roos is dan inmiddels de 70 gepasseerd en in die periode verloor hij ‘het plot’ weleens. ;-)
Veldhuis en van Ede schrijven met z’n tweeën en kunnen elkaar verbeteren. Gelukkig wordt
H. de Roos wel enigszins geëerd door het duo in een korte verwijzing in hun boek. Daaruit blijkt dat ze de plattegrond van Lenten, zoals getekend door Gerard van Straaten midden jaren 80, bestudeerd hebben.. De kameleon is terug is best een aardig geheel geworden. Er zitten enige scenes of fragmenten in die de lezer bij zal kunnen blijven. Bij ‘P. de Roos’ en Fred Diks had ik persoonlijk niet echt dat gevoel. Bij hen lette je eerder op de techniek of de –te saaie- schrijfstijl..
“Het was heel hard nodig om de boel te moderniseren” zegt Bies van Ede hierover. Ook zullen meisjes een serieuzere rol gaan spelen. Natuurlijk heeft Piero Stanco alias ‘P de Roos’ vanaf begin jaren 90 al geprobeerd de Kameleon te moderniseren met nieuwe verhalen en de ‘hertalingen’. Maar zijn pogingen kwamen soms wat te geforceerd over en sommige zaken zijn nu alweer gedateerd! Zoals de diskettes en cassettebandjes die in de hertaling van Trouwe vrienden van de Kameleon genoemd worden. De reden waarom ‘P. de Roos’ gestopt is met het schrijven en hertalen van de Kameleon waren ‘privé redenen’. In een kort interview voor het Radio 5 programma Plein 5 vertelde de Kluitman directeur: ‘op een gegeven moment niet meer de gelegenheid te hebben om circa 4 a 5 weken aaneengesloten te schrijven’. Daarbij kwam er veel kritiek op zijn pogingen de serie voort te zetten. Zijn werk werd vergeleken met zijn voorganger, de stijl en de humor waren anders, de verhalen waren overgezet naar de moderne tijd wat weinig mensen aansprak.
Fred Diks nam rond 2005 het stokje over en probeerde juist weer een ouderwetse sfeer te creëren. Maar misschien was dat ook niet de juiste weg. Zelf vond ik zijn schrijfstijl saai en af en toe opsommerig klinken. De Kameleondorp promotie lag er soms te nadrukkelijk op. Gelukkig wordt dat laatste door de nieuwe schrijvers vermeden.
In het Haarlems Dagblad zegt Maarten Veldhuis verder: ‘Meisjes spelen vanaf nu een serieuze rol in De Kameleon. Dat zijn nu 'gewoon' dénkende wezens.’
Dit klinkt alsof de meiden in de oude Kameleons géén denkende wezens waren. Vrouwen en meisjes speelden in de klassieke Kameleons niet zo’n erg grote rol, wellicht omdat de boeken in beginsel voor jongens bedoeld waren. De dames zijn vnl huisvrouw of dienstbode maar dat heeft mij als lezer nooit gestoord. De Roos schreef onderhoudend drama en dat sprak mij aan. Doch de uitgever ontdekte dat ook meisjes de Kameleon lazen dus heeft H. de Roos later ook wel meisjes geïntroduceerd. Zoals Wilma Kort in op reis met de Kameleon, Mitzie Tuinstra in de Kameleon gooit het roer om. Geeske in de Kameleon heeft goed nieuws. En natuurlijk was er al Pauline Wijnstra, met wie wij voor het eerst kennismaakten in de Kameleon blijft favoriet. In de Kameleon viert feest speelt ze ook een rol, in dit deel krijgt boerenknecht Gerben verkering met een vlotte jongedame Willy van Sommeren. Later trouwt hij Chantel Loots, de verkering met Chantel is verspreid over 3 delen. En de meiden die we in de Kameleon maakt het helemaal leren kennen zijn ook niet ‘op hun mondje gevallen’. En zo zijn er wel meer vrouwelijke personages in de Kameleon te vinden. Dus geen denkende wezens? Het waren het type meisjes en jongedames die in hun tijd pasten. Overigens vond ik de dierenactiviste in de Kameleon is terug niet erg sympathiek. Uiteraard is dit personage zo geschreven om spanning te creëren in het verhaal.
Het idee van het circus is ontleend aan eigen ervaring. Maarten Veldhuis woont in Haarlem bij de ‘Veerplas’. Aan de overkant van die plas slaat het bekende Circus Renz de tenten op als ze Haarlem aandoen. Op een avond hoorde Maarten de leeuwen brullen, het geluid weerkaatste over het water. Of hij het circus ook bezocht heeft om informatie in te winnen over de dieren en het leven in het circus, vermeldt het artikel niet. Maar die indruk krijg je wel als je het verhaal leest. Het is ook handig dat Veldhuis een vriendin heeft die les geeft op een middelbare school. Via haar zijn ze erachter gekomen welke uitdrukkingen jongeren zoal gebruiken. ‘Cool, vet en boeien’. ‘Shit’ laten ze Hielke en Sietse niet zeggen, misschien is dat stopwoord alweer te gedateerd!
Van Ede meent dat zij het eerste Kameleon ‘plot’ geschreven hebben want de Kameleon bestond volgens hem –zoals hij tenminste in het Haarlems dagblad geciteerd wordt- ‘alleen maar uit losse anekdotes.' Dan moet hij een aantal delen toch maar eens gaan teruglezen (ter voorbereiding hebben de heren ieder circa 9 deeltjes gelezen) want dan hadden ze geweten dat er best een aantal afleveringen zijn met een afgerond verhaal, een ‘plot’ of ontknoping. Voornamelijk de verhalen waarin Zwart een raadsel oplost. H. de Roos schreef ook niet volgens een vastgesteld ‘concept’ maar schreef spontaan wat in hem opkwam. Hij had wel een hoofdverhaallijn in gedachte waaromheen van alles gebeurde. Al schrijvende vormde zich het verhaal zonder van die hoofdlijn af te wijken. In slechts een paar deeltjes van de 60 zijn wat zwakheden of ‘continuïteitsfouten’ te constateren (vb: Tip Top Kameleon en met de Kameleon voor de wind) Maar dergelijke zwakheden vinden we ook in de Kameleon is terug. Of de schrijfstijl van de Roos was intussen zo snel geworden dat het verhaal al klaar was maar het boek nog niet vol! Zoals we kunnen lezen in de Kameleon vaart door. Aldus werd er nog een stuk aangebreid.. De Roos is dan inmiddels de 70 gepasseerd en in die periode verloor hij ‘het plot’ weleens. ;-)
Veldhuis en van Ede schrijven met z’n tweeën en kunnen elkaar verbeteren. Gelukkig wordt
H. de Roos wel enigszins geëerd door het duo in een korte verwijzing in hun boek. Daaruit blijkt dat ze de plattegrond van Lenten, zoals getekend door Gerard van Straaten midden jaren 80, bestudeerd hebben.. De kameleon is terug is best een aardig geheel geworden. Er zitten enige scenes of fragmenten in die de lezer bij zal kunnen blijven. Bij ‘P. de Roos’ en Fred Diks had ik persoonlijk niet echt dat gevoel. Bij hen lette je eerder op de techniek of de –te saaie- schrijfstijl..
NRC handelsblad 7/8/2015: